Stel, u investeert een deel van uw spaargeld in uw eigen BV. In ruil daarvoor betaalt uw vennootschap u een jaarlijkse interest van 7,08% – dit is de wettelijk vastgestelde rente. Deze interest wordt door de vennootschap volledig als kost geboekt en is fiscaal aftrekbaar aan het tarief van 20% vennootschapsbelasting. U ontvangt de rente netto, na inhouding van 30% roerende voorheffing. Op het eerste gezicht lijkt dit een aantrekkelijk voordeel.
In de praktijk blijkt het effect echter beperkt. In ons voorbeeld (zie grafiek) wordt een lening van €100.000 aan 7,08% interest doorgerekend. Het nettoresultaat: zonder lening houdt u na vennootschapsbelasting en 30% dividendbelasting ongeveer €68.000 over. Met lening en interest loopt dit op tot circa €68.141,60 – een meerwaarde van net iets meer dan €141. Geen ingrijpend verschil bij een investering van die omvang.
Figuur: vergelijking netto-opbrengst bij winstuitkering (dividend) versus lening + interest.

Hoe komt dat? Simpel: de vennootschap bespaart 20% belasting door de interestaftrek, maar u betaalt intussen 30% voorheffing op die rente (u houdt dus effectief 70% van de bruto-rente over). Een interest van 7,08% levert u netto zo’n 4,956% op (7,08–30%). De belastingwinst is bescheiden.
Conclusie: Fiscaal gezien kan een lening aan uw eigen BV aantrekkelijk lijken (u realiseert een zekere belastingbesparing), maar het nettoresultaat is doorgaans beperkt. In veel gevallen levert het niet significant meer op dan het uitkeren van winst als dividend en het vervolgens zelf investeren van ander vermogen. Alternatieven zoals pensioensparen, het opbouwen van een beleggingsportefeuille of investeren in bedrijfsmiddelen bieden vaak vergelijkbare of zelfs hogere rendementen, zónder extra administratieve lasten.
Waarom niet blindelings instappen?
- Het is géén “gratis geld”: u zet privégeld vast als lening aan uw BV. Indien de vennootschap in financiële moeilijkheden raakt, bent u slechts een schuldeiser.
- De rente dient in elk geval minimaal gelijk te zijn aan de wettelijke rente. Indien dit niet het geval is, kan de fiscus dit beschouwen als een verkapte dividenduitkering.
- Administratie: er zijn formele leencontracten nodig, aanmaningen bij laattijdige betaling, én telkens weer de 30% roerende voorheffing die uw beschikbare cash doet dalen.
Sommige onlineblogs presenteren dit als een fiscale ‘truc’, maar vergeet niet dat u uiteindelijk gewoon belasting blijft betalen – het is in de eerste plaats een slimme maatregel voor liquiditeitsbeheer, geen financiële jackpot.